In de afvalbranche komt brand- en explosiegevaar voor bij onder andere:
Beschrijving van de risicogroep
Gevaar voor brand en explosie ontstaan op die plaatsen waar zuurstof, een brandstof en een ontstekingsbron tegelijkertijd in de juiste combinatie aanwezig zijn. Als brandstof dient een gas, een damp, een vloeistof of een concentratie stofdeeltjes. Meestal bestaat de brandstof uit brandbaar afval of brandbare chemicaliën. De ontstekingsbron kan een vonk, een chemische reactie met warmteontwikkeling of een heet voorwerp zijn. Gevaar voor explosie ontstaat als een ontstekingsbron zoals een vonk, een explosief damp-luchtmengsel tot ontploffing kan brengen, bijvoorbeeld benzinedampen bij een tankstation.
Een ontsteekbaar mengsel van damp of gas met lucht wordt een explosieve atmosfeer genoemd. Explosiegevaar in de afvalbranche is ondermeer aanwezig in/bij het inzamelen en bewerken van ontvlambare vloeistoffen, het produceren van biogas, het ontstaan van stortgas op de deponie, in de aanvoer van de afvalenergiecentrale en in het rioolstelsel. Het risico van brand en explosie houdt in dat werknemers en mensen in de omgeving zich kunnen verbranden of ernstig lichamelijk letsel oplopen.
De bedrijfsschade als gevolg van een brand of explosie kan groot zijn. Als in een deel van het bedrijf gevaar voor brand bestaat, dan geldt een verbod op roken, open vuur en vonken. Bij gevaar voor explosie stelt het bedrijf een gevarenzone in waar absoluut geen ontstekingsbron aanwezig mag zijn en dus uitsluitend EX-apparatuur mag worden toegepast.
Bron: Arbocatalogus.nl